-   De huisnummering van de Drakenburgstraat in het verleden
      betreft een totaal verschillend verhaal voor de oneven zijde, die in 1832 vrijwel geheel tot Huis Drakenburg behoorde,
      en de noordzijde, die gesloopt werd voor de bouw van het Hoofdpostkantoor dat in 1924 in gebruik genomen werd.
      De straat had dan ook géén huisnummers aan de zuidzijde en een doorlopende nummering aan de noordzijde.

 

      De doorlopende huisnummering van de noordzijde levert een probleem op. De bronnen zijn:

-   1832: het kadastraal minuutplan:
      geeft tussen de hoekpanden van Oudegracht en Neude 6 panden (met hun kadasternummer).

-   ca 1855: een kadastrale situatietekening (HUA-cadnr. 39980):
      geeft tussen de hoekpanden van Oudegracht en Neude dezelfde 6 panden met dezelfde kadasternummers als 1832 (met de eigenaren van 1855).

-   ca 1860: de slordige wijkhuisnummerplattegrond 1860, hierin is geknoeid:
      oorspronkelijk staan er tussen de hoekpanden van Oudegracht en Neude 6 panden met hun wijkhuisnummers: Wijk G, nr 48, 49, 50, 51, 52 en 53.
      Nadien is nummer 53 doorgestreept, evenals nummer 51. Vervolgens is het cijfer 2 van nr 52 zo dik gemaakt, dat het nr 51 werd.
      De wijkhuisnummers 52 en 53 komen dan niet meer voor. De indruk wordt gewekt dat de door- of onderstreepte panden dan niet meer meedoen, hetgeen door de volgende bron wordt gelogenstraft.

-   1890: de omnummeringslijst 1890, eerste gedeelte: van straat- naar wijkhuisnummer::
      geeft tussen de hoekpanden van Oudegracht en Neude 5 panden met de (oude) wijkhuisnummers en de nieuwe (straat)huisnummers 1 t.m. 5.

-   1890: de omnummeringslijst 1890, tweede gedeelte: van wijk- naar straatnummer:
      geeft bij de hoek van de Neude twee correcties in de wijkhuisnummers: voor Neude 23 (het hoekpand) stond G 53, gewijzigd in G 54. Wijk G 53 is toen alsnog bijgeschreven bij G 52.

-   Er zijn verschillende verklaringen te bedenken, maar meest voor de hand liggende is als volgt: Wijk G nr 52 en 53 zijn samengetrokken en worden samen Drakenburgstraat 5.
      Beide panden hebben dezelfde eigenaar in 1832 (F. van Eik) en ook in 1855 (G.G.H. van Eik, en die naam is dan over beide percelen heen geschreven).

-   De conclusie (hypothese!) is:
      - Sectie A, nr 1013 (1832) = Wijk G. nr 48 (1860) = nieuwbouw: Wijk G. nr 48 (1890) = Drakenburgstraat 1 (1890)
      - Sectie A, nr 1014 (1832) = Wijk G. nr 49 (1860) = Wijk G. nr 49 (1890) = Drakenburgstraat 2 (1890)
      - Sectie A, nr 1015 (1832) = Wijk G. nr 50 (1860) = Wijk G. nr 50 (1890) = Drakenburgstraat 3 (1890)
      - Sectie A, nr 1016 (1832) = Wijk G. nr 51 (1860) = Wijk G. nr 51 (1890) = Drakenburgstraat 4 (1890)
      - Sectie A, nr 1017 (1832) = Wijk G. nr 52 (1860) = Wijk G. nr 52 (1890) = Drakenburgstraat 5 (1890)
      - Sectie A, nr 1018 (1832) = Wijk G. nr 53 (1860) = Wijk G. nr 53 (1890) = deel van Drakenburgstraat 5 (1890).

-   In het UDS wordt voor het pand Sectie A, nr 1018 als trefwoord
      het oorspronkelijke wijkhuisnummer gebruikt: Drakenburgstraat - pand Wijk G, nr 53.